Skoda Fabia: Wiel verwisselen
Voorbereidende werkzaamheden
Veiligheidshalve vóór het verwisselen van een wiel langs de weg de volgende aanwijzingen in acht nemen.
- De wagen zo ver mogelijk van het rijdende verkeer neerzetten - hiertoe een plaats met een vlakke en stevige ondergrond kiezen.
- De motor afzetten.
- Bij wagens met schakelbak de 1e versnelling inschakelen.
- Bij wagens met automatische versnellingsbak de keuzehendel in stand P plaatsen.
- De handrem stevig aantrekken.
- De alarmlichten inschakelen en de gevarendriehoek op de voorgeschreven afstand opstellen.
- Alle passagiers laten uitstappen. Tijdens het verwisselen van een wiel moeten de passagiers zich naast de weg ophouden (bv. achter de vangrail).
- Indien een aanhangwagen is aangekoppeld, dan deze afkoppelen.
Wiel verwisselen
- Het reservewiel verwijderen .
- De wieldop of de afdekkappen verwijderen.
- De wielbouten losdraaien .
- De wagen zo ver opkrikken dat het te verwisselen wiel de bodem niet meer raakt.
- De wielbouten verwijderen en op een schone ondergrond leggen (doek, papier enzovoort).
- Het defecte wiel voorzichtig verwijderen.
- Het reservewiel aanbrengen en de wielbouten handvast aandraaien.
- De wagen laten zakken.
- Met de wielsleutel om en om de tegenover elkaar liggende wielbouten ("kruiselings") vastdraaien .
- De wieldop of de afdekkappen weer aanbrengen.
Bij de montage van een wiel met draairichtinggebonden banden op de draairichting letten .
Alle wielbouten moeten schoon en goed gangbaar zijn. Indien de bouten gecorrodeerd zijn en zwaar draaien, moeten deze worden vervangen.
ATTENTIE
|
Afsluitende werkzaamheden
Na het wisselen van een wiel moeten de volgende werkzaamheden worden uitgevoerd.
- Het omgewisselde wiel in de kuip onder de bodembekleding in de bagageruimte opbergen en met een borgbout bevestigen.
- Het wagengereedschap op de hiervoor bedoelde plaats opbergen en met de riem bevestigen.
- De bandenspanning van het gemonteerde wiel controleren en indien nodig aanpassen. Bij wagens met bandenspanningscontrole de bandenspanningswaarden in het systeem opslaan .
- Het aantrekmoment van de wielbouten zo snel mogelijk laten controleren.
Het voorgeschreven aantrekmoment bedraagt 120 Nm.
De beschadigde banden vervangen. Een bandenreparatie wordt afgeraden.
ATTENTIE Een te hoog aantrekmoment van de wielbouten kan de schroefdraad beschadigen en leiden tot een blijvende vervorming van de draagvlakken op de velg. Bij een te laag aantrekmoment kunnen de wielen tijdens het rijden losraken - gevaar voor ongevallen. Tot het controleren van het aantrekmoment bijzonder voorzichtig en slechts met matige snelheid rijden. |
Reservewiel verwijderen/opbergen
afb. 271
Wiel verwijderen
Het wiel ligt in een uitsparing onder de bodembekleding in de bagageruimte en is bevestigd met een borgbout afb. 271.
Wiel verwijderen
- De bodembekleding in de bagageruimte optillen.
- De bevestigingsband losmaken en de bak met het wagengereedschap verwijderen.
- De borgbout in pijlrichting eruit draaien afb. 271 en het wiel verwijderen.
Wiel opbergen
- Het wiel met de buitenzijde naar onder in de reservewielkuip leggen.
- De bevestigingsriem door de tegenoverliggende openingen in de velg trekken.
- De borgbout tegen de pijlrichting in tot de aanslag erin schroeven afb. 271.
- De bak met het wagengereedschap in het wiel aanbrengen en met de band vastzetten.
- De bodembekleding in de bagageruimte terugklappen.
Wieldop
Wieldop lostrekken
- De beugel voor het lostrekken van de wieldoppen om de rand van een van de beluchtingsopeningen in de wieldop haken.
- De wielsleutel door de beugel schuiven, de wielsleutel op de band laten rusten en de wieldop lostrekken.
Wieldop aanbrengen
- De wieldop eerst bij de uitsparing voor het ventiel op de velg drukken.
- De wieldop zodanig op de velg drukken tot deze over de gehele omtrek correct vastklikt.
Aan de achterzijde van de af fabriek of uit het originele ŠKODA accessoireprogramma geleverde wieldop staat de positie van de antidiefstalwielbout aangegeven met een symbool. Bij gebruik van een antidiefstalwielbout moet deze op deze plaats worden ingebouwd .
ATTENTIE Wij adviseren u wieldoppen uit het originele ŠKODA accessoireprogramma te gebruiken. Bij andere wieldoppen kan mogelijk een voldoende luchttoevoer voor de koeling van de remmen niet zijn gegarandeerd - in dat geval bestaat gevaar voor ongevallen. |
VOORZICHTIG
|
Let op Wij adviseren u wieldoppen uit het originele ŠKODA accessoireprogramma te gebruiken. |
Afdekkappen van de wielbouten
afb. 272
Afdekkap lostrekken
- Voor het lostrekken van de kap de lostrekklem tot de aanslag over de kap steken en deze in pijlrichting eraf trekken afb. 272.
- Om de kap te monteren, deze tot de aanslag op de wielbout aanbrengen.
Antidiefstalwielbouten
afb. 273
Antidiefstalwielbout en opzetstuk
alleen met adapter B afb. 273 losmaken/vastzetten.
- Adapter B tot de aanslag op de antidiefstalwielbout A steken.
- De wielsleutel tot de aanslag op het opzetstuk B aanbrengen en de wielbout losdraaien/vastdraaien.
- Het opzetstuk verwijderen.
Om een wiel te kunnen wisselen moet het opzetstuk voor de antidiefstalwielbouten altijd in de wagen worden meegevoerd!
Bij af fabriek of uit het originele ŠKODA accessoireprogramma geleverde wieldoppen moet de antidiefstalwielbout worden aangebracht overeenkomstig de positie die op de achterzijde van de wieldop is aangegeven.
Let op Wij adviseren de sticker met het codenummer te bewaren. Aan de hand hiervan kan een vervangende adapter uit het originele ŠKODA onderdelenprogramma worden aangeschaft. |
Wielbouten losdraaien en vastzetten
afb. 274
Wielbouten losdraaien
- De wielsleutel tot de aanslag op de wielbout steken. Voor de antidiefstalwielbout de bijbehorende adapter gebruiken afb. 273 op .
- Voor het losmaken van bouten de sleutel aan het uiteinde vastpakken en de bout ongeveer een omwenteling in pijlrichting draaien afb. 274.
- Voor het vastzetten van bouten de sleutel aan het uiteinde vastpakken en de bout tegen de pijlrichting in draaien afb. 274, tot deze vast zit.
ATTENTIE Als de bouten niet kunnen worden losgedraaid, kunt u voorzichtig met de voet op het uiteinde van de sleutel drukken. Daarbij kunt u zich het beste aan de wagen vasthouden en zorgen dat u stevig staat - gevaar voor verwondingen. |
Wagen opkrikken
afb. 275
Steunpunten voor de krik
afb. 276 Krik aanbrengen
De veiligheidsaanwijzingen raadplegen voordat de wagen wordt opgekrikt .
Voor het omhoogbrengen van de wagen moet de krik uit het wagengereedschap worden gebruikt. De krik onder het steunpunt plaatsen dat het dichtst bij het te verwisselen wiel ligt.
De steunpunten zitten onder de dorpel afb. 275.
- De grondplaat van de krik met het volledige oppervlak op een rechte ondergrond plaatsen, zodat de krik loodrecht onder het kriksteunpunt staat afb. 276 - A.
- De krik met de krikslinger zo ver omhoogdraaien, dat de klauw van de krik de rand omvat afb. 276 - B.
- De krik verder omhoogdraaien tot het wiel net vrij van de grond is.
ATTENTIE De volgende aanwijzingen in acht nemen, anders bestaat gevaar voor verwondingen.
|
VOORZICHTIG Let erop dat de krik goed tegen de rand van de dorpel wordt geplaatst - gevaar voor beschadiging van de wagen. |
Zie ook:
Mazda 2. Bediening van de handgeschakelde
versnellingsbak
Schakelpatroon van de handgeschakelde
versnellingsbak
De auto is uitgerust met een 5-versnelling
of 6-versnelling versnellingsbak. Het
schakelpatroon van beide wordt hierboven
getoond.
Dru ...
KIA Rio. Banden vervangen
Als de band gelijkmatig afgesleten is
verschijnt de slijtage-indicator (A) als
een onderbroken lijn door het
loopvlak. Dit geeft aan dat er minder
dan 1,6 mm profieldikte op de band
aanwez ...