Auto's:

KIA Rio: Handmatig bediende verwarming en 
airconditioning - Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem - Kenmerken van uw auto - KIA Rio - InstructieboekjeKIA Rio: Handmatig bediende verwarming en airconditioning

Het verwarmings- en airconditioningssysteem kan ook handmatig geregeld worden met de toetsen anders dan de toets AUTO. In deze stand werkt het systeem sequentieel, afhankelijk van de gekozen toetsen.

Wanneer u in de automatische stand op een van de andere toetsen dan de toets AUTO drukt (of knop verdraait), blijven de overige functies automatisch werken.

  1. Start de motor.
  2. Zet de luchtcirculatietoets in de gewenste stand.

    Voor een effectieve verwarming en koeling:

    • Verwarmen:
    • Koelen:
  3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde.
  4. Schakel de stand BUITENLUCHT in met de luchttoevoertoets.
  5. Zet de aanjager op de gewenste snelheid.
  6. Als u de uitstromende lucht gekoeld wilt hebben, kunt u het airconditioningssysteem aanzetten.

Druk op toets AUTO om weer over te schakelen naar de volledig automatische regeling.

Luchtcirculatie

Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

De luchtcirculatietoets regelt de circulatie van de lucht door het ventilatiesysteem.

De lucht wordt op de volgende manier over de uitstroomopeningen verdeeld:

Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

Zie de afbeelding in "Handbediend verwarmings- en ventilatiesysteem".

Stand FLOOR/DEFROST (A, C, D, E)

De meeste lucht stroomt naar de voetenruimte en de voorruit en een klein gedeelte stroomt door de zijruitontwaseming.

Stand FACE (B, D)

De lucht stroomt naar de romp en naar het hoofd. Daarnaast kan iedere uitstroomopening versteld worden om de richting van de luchtstroom te wijzigen.

Stand BI-LEVEL (B, D, C, E)

De lucht stroomt naar het hoofd en naar de voetenruimte.

Stand FLOOR (A, C, D, E)

De meeste lucht stroomt naar de voetenruimte en een klein gedeelte stroomt naar de voorruit en de zijruitontwaseming.

Stand ontwaseming

Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

Als u de stand ontwasemen selecteert, schakelt het systeem automatisch de volgende instellingen in:

Druk om de stand ontwasemen weer uit te schakelen op de keuzetoets voor de standen, nogmaals op de toets ontwasemen of op de toets AUTO.

Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

Uitstroomopeningen dashboard

De uitstroomopening kan afzonderlijk worden geopend of gesloten met het horizontale wieltje. Draai het wieltje helemaal omlaag om de uitstroomopening te sluiten. Draai het wieltje omhoog om de uitstroomopening te openen en in de gewenste stand te zetten.

Met de hendel in de ventilatieroosters kunt u de richting van de luchtstroom uit deze ventilatieroosters afstellen, zoals in de afbeelding is aangegeven.

Temperatuurregelknop

Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

Door de knop volledig naar rechts te draaien, wordt de temperatuur tot het maximum (HI) verhoogd.

Door de knop volledig naar links te draaien, wordt de temperatuur tot het minimum (LO) verlaagd.

Door het verdraaien van de knop wordt de temperatuur in stappen van 0,5°C verhoogd of verlaagd.

Wanneer de laagst mogelijke temperatuur wordt ingesteld, zal de airconditioning continu blijven werken.

Temperatuuraanduiding wijzigen

U kunt de temperatuur als volgt overschakelen van graden Celsius naar graden Fahrenheit:

Houd, terwijl u op de toets OFF drukt, de toets AUTO ten minste 4 seconden ingedrukt.

De temperatuuraanduiding verandert van graden Celsius in graden Fahrenheit of andersom.

De temperatuureenheid zal gereset worden naar graden Celsius wanneer de accu ontladen is of als de accupolen zijn  losgenomen.

Luchttoevoertoets

Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

Hiermee kan de stand BUITENLUCHT of de stand RECIRCULATIE worden gekozen.

Druk op de desbetreffende toets om de stand van de luchttoevoer te wijzigen.

Stand RECIRCULATIE

In de stand RECIRCULATIE wordt de lucht uit het passagierscompartiment door het systeem gerecirculeerd en, afhankelijk van de gekozen functie, gekoeld of verwarmd.

Stand BUITENLUCHT

In de stand BUITENLUCHT stroomt de lucht van buitenaf in het passagierscompartiment.

Deze lucht wordt, afhankelijk van de gekozen functie, verwarmd of gekoeld.

AANWIJZING Let op: door langdurig gebruik van de stand RECIRCULATIE kunnen de ruiten beslaan en zal de lucht in het passagierscompartiment muf worden.

Daarnaast kan de lucht in het passagierscompartiment extreem droog worden bij langdurig gebruik van de airconditioning in de stand RECIRCULATIE.

 

WAARSCHUWING

  • Langdurig recirculeren kan leiden tot een verhoogde luchtvochtigheid in het interieur, waardoor de ruiten kunnen beslaan en het uitzicht belemmerd wordt.
  • Ga niet slapen in de auto wanneer het airconditioningssysteem of de verwarming ingeschakeld is.

    Door een afname van de zuurstofconcentratie en/of de lichaamstemperatuur kunnen de inzittenden letsel oplopen.

  • Langdurig recirculeren kan slaperigheid veroorzaken, waardoor de bestuurder de controle over de auto kan verliezen. Schakel daarom zo veel mogelijk de stand BUITENLUCHT in.

Aanjagerknop

Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

De aanjagersnelheid kan worden ingesteld door de aanjagerknop te bedienen.

Hoe hoger de aanjagersnelheid is, hoe meer lucht wordt aangevoerd.

Druk op toets OFF om de aanjager uit te schakelen.

Airconditioning (A/C)

Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

Druk op de toets A/C om de airconditioning in te schakelen (het controlelampje gaat branden).

Druk nogmaals op de toets om de airconditioning uit te schakelen.

Stand OFF

Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

Druk op toets OFF om de airconditioning uit te schakelen. Het is in dat geval nog steeds mogelijk om de luchttoevoer met de toetsen te bedienen, zolang het contact in stand ON staat.

Zie ook:

Mazda 2. Bediening van de radio
Zonder radio data systeem (RDS) Met radio data systeem (RDS) Radio AAN Druk voor het inschakelen van de radio op een bandkeuzetoets (). Bandkeuze Door de bandkeuzetoets () herhaalde m ...

Mazda 2. Beschikbare taal
De beschikbare talen zijn Engels, Frans, Spaans, Italiaans, Duits, Nederlands en Portugees. Als de taalinstelling wordt veranderd, worden alle gesproken begeleiding en spraakinvoeropdrachten in d ...

Auto's: