Auto's:

Fiat Punto: Bandenspanning in koude toestand (bar) - Wielen - Technische gegevens - Fiat Punto - InstructieboekjeFiat Punto: Bandenspanning in koude toestand (bar)

Fiat Punto / Fiat Punto - Instructieboekje / Technische gegevens / Wielen / Bandenspanning in koude toestand (bar)

Bij warme banden moet de bandenspanning 0,3 bar hoger zijn dan de aanbevolen waarde. Controleer de bandenspanning nogmaals als de banden koud zijn. Bij winterbanden moet de bandenspanning +0,2 bar worden verhoogd t.o.v. de voorgeschreven spanningswaarde voor standaardbanden. Wanneer met een snelheid van meer dan 160 km/h wordt gereden, moeten de banden op de bandenspanning voor volgeladen voertuig zijn gepompt. Bij aanwezigheid van het iTPMS moet de bandenspanning + 0,1 bar hoger zijn dan de voorgeschreven waarde. Het iTPMS kan niet worden gemonteerd bij 175/65 R15 84T-banden.

BANDENSPANNING IN KOUDE TOESTAND (bar)

(*) 1.3 MJet 75/85 pk-motoren (**) 0.9 TwinAir 100 pk- en 1.3 MJet-motoren (***) 1.4 Natural Power-motoren

SNEEUWKETTINGEN

Belangrijke opmerkingen Het gebruik van sneeuwkettingen moet aan de plaatselijke voorschriften in elk land voldoen. In bepaalde landen worden banden gemarkeerd met de M+S (Mud and Snow) beschouwd als winteruitrusting; het gebruik hiervan is gelijkwaardig aan dat van de sneeuwkettingen.

De sneeuwkettingen mogen alleen op de voorwielen gemonteerd worden. Controleer de spanning van de sneeuwkettingen na enkele tientallen meters rijden.

Het gebruik van sneeuwkettingen met banden met niet-originele afmetingen kunnen het voertuig beschadigen.

Het gebruik van verschillende maten/typen (M+S, winter, enz.) banden op de voor- en achterassen kan de bestuurbaarheid van de auto benadelen, met het risico van controleverlies over het voertuig en bijgevolg ongevallen.

Er kunnen geen sneeuwkettingen op het noodreservewiel (waar aanwezig) worden gemonteerd. Als er een voorband lek is, vervang dan een achterwiel door het noodreservewiel en monteer het achterwiel op de vooras. Op die manier kunnen, met twee normale aandrijfwielen aan de voorkant, sneeuwkettingen gemonteerd worden.

BELANGRIJK

De maximumsnelheid voor winterbanden met de indicatie "Q" is 160 km/h; 190 km/h voor winterbanden met de indicatie "T" en 210 km/h voor winterbanden met de indicatie"H". De snelheidsbeperkingen moeten echter altijd worden gerespecteerd.

Sneeuwkettingen kunnen alleen gemonteerd worden op 15" banden. Gebruik compacte sneeuwkettingen van 9 mm.

Op banden van 16" en 18" kunnen geen sneeuwkettingen worden gemonteerd.

Beperk de snelheid wanneer er sneeuwkettingen zijn gemonteerd; overschrijd de 50 km/h niet. Vermijd putdeksels, rijd niet over treden of trottoirs en rijd geen lange afstanden over wegen zonder sneeuw, om beschadigingen aan zowel het voertuig als het wegoppervlak te voorkomen.

Indien op de stalen velgen met integrale wieldeksels (met veerbevestiging) aftersales-banden met velgbeschermers worden gemonteerd, dan mogen de wieldeksels NIET worden gemonteerd. Het gebruik van ongeschikte banden en wieldeksels kan leiden tot een plotselinge afname van de bandenspanning.

 

BELANGRIJK

Bedien het gaspedaal uiterst voorzichtig als sneeuwkettingen gemonteerd zijn; voorkom of beperk het risico op doorslippen van de aandrijfwielen zoveel mogelijk, omdat breuk van de ketting beschadiging van de carrosserie of de mechanische onderdelen kan veroorzaken.

Zie ook:

Toyota Yaris. Als de elektronische sleutel niet goed werkt (auto's met Smart entrysysteem en startknop)
Als de communicatie tussen de elektronische sleutel en de auto is verbroken of de elektronische sleutel niet kan worden gebruikt omdat de batterij leeg is, werken het Smart entry-systeem met ...

Mazda 2. Vergrendelen, ontgrendelen met de portiervergrendelknop
Bediening vanaf de binnenzijde (Met portiervergrendelschakelaar) Voor het vergrendelen van een portier vanaf de binnenzijde, de portiervergrendelknop omlaag drukken. Voor ontgrendelen de porti ...

Auto's: